De predikant van de paus veroordeelt in retraite de rijken, maar zwijgt over homoseksualiteit of misbruik
De Amerikaanse bisschoppen willen het misbruik en de cover up onder de bisschoppen grondig aanpakken. De paus verbood hen in Baltimore maatregelen te nemen, waarschijnlijk ook omdat hij bang was dat grondig onderzoek in zijn eigen richting zou wijzen. Hij verwees naar de top in Rome in februari. Velen zijn bang dat dat daar geen spijkers met koppen geslagen worden maar dat daar tot schade van de Ker onder regie van de paus de kool en de geit zullen worden gepaard. De toespraken van pater Cantalamessa door de paus naar de Amerikaanse bisschoppen gestuurd om een retraite te preken, bevestigen deze angst. Hieronder een beschouwing van Maike Hickson over deze retraite. (CM)
Door Maike Hickson in LifeSite News op 15 januari 2019
De predikant van het pauselijk huis, door paus Franciscus gestuurd om de retraite voor de Amerikaanse bisschoppen te leiden, die paus had laten houden van 2-8 januari in Mundelein, Chicago, ging nauwelijks in op seksueel misbruik of homoseksualiteit maar besteedde veel tijd aan de slechtheid van de rijken. De kapucijner pater Raniero Cantalamessa beweerde in zijn voordrachten dat hij niet “competent” was het probleem van de homoseksualiteit onder de priesters te behandelen, noch veel te spreken over het probleem van het klerikaal seksueel misbruik in het algemeen. Maar waarom leidde hij dan eigenlijk deze retraite? De analyse van zijn voordrachten kan ons wat aanwijzingen verschaffen over de komende top over het misbruik in februari in Rome. Op 11 januari publiceerde de “National Catholic Reporter” de hele 84 pagina’s lange verzameling van de 11 voordrachten, die door pater Cantalamessa tijdens de retraite gehouden zijn. Sommige van de belangrijkste uitspraken die in deze serie toespraken gedaan zijn, maken duidelijk dat de top van voorzitters van de bisschoppenconferenties komende 21-24 februari, in Rome bijeengeroepen door paus Franciscus, waarschijnlijk niet de voor hand liggende zaken zullen behandelen zoals: homoseksueel misbruik van mannelijke adolescenten, morele laksheid, en gebrek aan bestraffing van priesters die zich aan misbruik schuldig maken (of liever nog het toedekken van hun misdaden door hun superieuren).
Geen behandeling van de klerikale misbruikcrisis
Pater Cantalamessa maakt vanaf het begin van zijn voordrachten duidelijk dat de spirituele retraite voor de Amerikaanse bisschoppen volgens paus Franciscus is bedoeld als “een ontmoeting met de Heer” om leiding te ontvangen van de “Heilige Geest” over hoe de huidige misbruikcrisis aan te pakken. Daarom, zo legt de priester uit, “ga ik niet praten over pedofilie en geef ook geen advies over mogelijke oplossingen”. Natuurlijk is een dergelijke retraite niet bedoeld om te werken aan concrete preventiemaatregelen – dat zou de eerste opgave zijn geweest van US Bisschoppenconferentie (USCCB) tijdens hun vergadering in Baltimore in november. Paus Franciscus gaf de USCCB echter de opdracht de stemming over een plan van aanpak van de misbruikcrisis tijdens deze vergadering uit te stellen.
Aangezien echter veel bisschoppen klaarblijkelijk nalatig zijn geweest in het streng straffen van hun priesters die zich hadden durven vergrijpen aan kinderen en jongeren die aan hun zorgen waren toevertrouwd en hen hadden durven misbruiken voor hun eigen persoonlijke en ontaarde lusten, was het zeker op zijn plaats geweest en de geëigende tijd om het probleem van de “pedofilie” grondig te benaderen en te bespreken.
Het gebruik van de term “pedofilie” suggereert dat de kerkelijke misbruikcrisis voornamelijk gaat over het misbruik van jongeren kinderen, terwijl het in werkelijkheid vooral gaat over het misbruik van adolescente jongeren – in 80 procent van de gevallen zoals zowel kardinaal Gerhard Müller als kardinaal Walter Brandmüller nog onlangs hebben aangegeven.
We hebben in pater Cantalamessa een priester, naar de Amerikaanse bisschoppen gestuurd door de paus, die van meet af aan stelt dat hij het probleem van het seksueel misbruik zelf (noch de zaak van de verbinding met homoseksualiteit) zal behandelen, maar veeleer een algemene spirituele retraite zal leiden. Terwijl gedeeltes van zijn voordrachten geestelijk vruchtbaar en diepgaand waren, waren zijn weglatingen verontrustend.
Over de afschaffing van het celibaat en homoseksualiteit
Een bijkomende ontmoediging kwam van het feit dat de predikant van de retraite er minstens drie keer de nadruk op legde dat het “verplichte celibaat kan worden afgeschaft” aangezien het niet van goddelijk recht is, zelfs als zei hij dat hij priesters bemoedigde om vanuit dit charisma te leven. Hoewel hij zei dat het celibaat een “plant was die Jezus zelf had gezaaid” (“omwille van het Koninkrijk van God”) en dat het daarom altijd een deel van het kerkelijk leven zou blijven, ondermijnde hij tegelijk het belang ervan en opperde hij het idee dat in de toekomst priesters niet in volkomen zuiverheid zouden hoeven leven.
Toen hij de zaak van de homoseksualiteit aanstipte, zei pater Cantalamessa: “Ik zal helemaal vermijden deze delicate zaak te behandelen. Want die vraagt een pastorale onderscheiding die ver uitgaat boven mijn ervaring en het doel van een retraite”. Zoals een katholieke commentator zei: “”Wat? Het zesde en het negende gebod vragen ‘pastorale onderscheiding’?” Een andere waarnemer vroeg: Is deze priester “bijna een generatie lang predikant van het pauselijk huis geweest en ligt dan basale katholieke moraal buiten zijn competentie?”
Inderdaad in het licht van de gevallen van gepraktiseerde homoseksualiteit in het Vaticaan dezer dagen – met als toppunt het drugs gerelateerde homoseksuele feestje in het gebouw van de Congregatie voor de Geloofsleer in 2017 – vraagt men zich af waarom deze priester niet de bevoegdheid heeft om zijn homoseksuele broeders te helpen hun morele ongeordendheid te overwinnen en bisschoppen te helpen deze zaak in hun bisdom aan te pakken, ook in het licht van de klerikale misbruikcrisis. Pater Cantalamessa echter vertelde de Amerikaanse bisschoppen dat hij homoseksuele priesters herinnert aan het feit dat ook zij beloofd hebben in kuisheid te leven.
Kritiek op de Mammon
Na deze enigszins afstandelijke en lauwe opmerkingen over de morele ongeordendheden die direct met de huidige misbruik crisis verbonden zijn, zullen lezers het verrassend vinden hoe gepassioneerd kritisch pater Cantalamessa werd, toen hij het had over een andere morele ongeordendheid – en dat is de ongeordende gehechtheid aan geld. Hier leek hij in staat hernieuwde kracht en strengheid te vinden, meer dan hij had toen hij sprak over homoseksualiteit. En hij deed dat op wel negen volle pagina’s: “Mammon, of geld, is niet zomaar een afgod onder velen – het is de afgod bij uitstek”. “Mammon is de anti-god”, ging de pauselijke predikant verder. Cantalamessa wilde een “werkzame kritiek laten horen over de vervreemdende macht van het geld”, maar je vraagt je af waarom homoseksuele daden als een zware zonde tegen het zesde gebod of seksueel misbruik niet een zelfde “vervreemdende macht” zouden hebben. In het geval van het geld stelde Cantalamessa dat Jezus “het verbrijzelde”; de steen die naar beneden viel op het gouden beeld in het Oude Testament symboliseert Christus die het geld verbrijzelt, legde hij uit. Jezus verbrijzelde inderdaad “het rijk van Mammon”. Cantalamessa ging verder met zijn harde aanklacht tegen mensen met geld. Hij zei: “Hoe dikwijls willen we dezer dagen uitroepen net als Christus: ‘Jij, dwaas’ wanneer wij mensen in verantwoordelijke posities zien die nauwelijks weten welke bank ze zullen gebruiken en waar ze de uitkomsten van hun corruptie zullen opslaan?”
In het licht van het vreselijke misbruik van kinderen en jongeren, begaan door sacramenteel gewijde mannen die Christus representeren, lijkt deze langdurige en erg agressieve behandeling van het probleem van het geld voor een buitenstaander onevenredig en totaal los te staan van het echte probleem.
Maar de homoseksuele netwerken…..
Een deel van een dergelijke retraite zou er voor hebben moeten dienen om de morele verschrikking aan te tonen van seksueel misbruik met de bedoeling het geweten van de seksuele misbruiker en van hen die hen hebben gedekt te wekken en te vormen. Ik weet niet of kardinaal Donald Wuerl aanwezig was in deze retraite maar in het licht van de nieuwe onthulling dat hij van McCarricks homoseksueel wangedrag minstens sinds 2004 heeft geweten, zou hij wellicht hebben kunnen profiteren van enkele krachtige morele terechtwijzingen. Wij hebben hier te maken met een homoseksueel netwerk in de Kerk en in een retraite van een week met de Amerikaanse bisschoppen, is dit niet besproken. (Als uitzondering heeft bisschop Joseph Strickland van Tyler, Texas, erover gesproken en hij heeft de gelovigen verzekerd dat hij er zich tegen te weer zal stellen.)
Cantalamessa sprak echter over een zondaar “zonder berouw” die sterft in zijn ongeordende gehechtheid aan geld, zelfs in de Kerk.” “Wij moeten ons bevrijden van de Mammon en ook anderen bevrijden!” Dat is de conclusie van de voordracht van pater Cantalamessa over het geld. Met een citaat van de H. Johannes Chrysostomus stelde pater Cantalamessa dat “de liefde door het geld erger is dan de vleselijke liefde”. Opnieuw: dit argument klinkt vreemd als het wordt gepresenteerd in de context van klerikaal seksueel misbruik. Deze retraite had niet maken met bisschoppen die mogelijkerwijs verstrikt waren geraakt in massieve financiële corruptie. Toch concentreert de pauselijke predikant zich op de rijken en zegt: “Jullie hebben geen toekomst, behalve het vreselijk toekomstige (goddelijke) oordeel”. In bepaalde opzichten lijken deze geestelijke voordrachten veel te weerspiegelen van paus Franciscus’ eigen nadrukkelijke verklaringen waarin hij vaak schendingen van de sociale rechtvaardigheid benadrukt en waarin hij vergeet schendingen van de kerkelijke seksuele moraal af te keuren om de eenheid te bewaren.
Op zoek naar eenheid
Pater Cantalamessa drong
er bij de bisschoppen op aan de eenheid te bewaren – eenheid die meer gebaseerd
is op communio dan op hiërarchie. “Hierarchie zal verdwijnen; communio blijft
in eeuwigheid.” Deze slogan is vermoedelijk geldig sinds het Tweede Vaticaans
Concilie, die de ecclesiologie voornamelijk baseert op een “communio geworteld
in liefde” en minder op hiërarchische structuren. Deze eenheid in de Kerk, zegt
de predikant, wordt nu ondersteund door
“het petrinisch dienstwerk van de paus”.
Pater Cantalamessa doet afbreuk aan het verleden van de Kerk als hij beweert dat de Kerk historisch gezien het aspect van “sub Petro” (onder Petrus) heeft benadrukt terwijl paus Franciscus nu steeds meer werkt aan een relatie die gebaseerd is op “cum Petro” (met Petrus)”. “De bisschoppensynodes zijn het duidelijkste teken van deze vernieuwing”, legde de spreker uit. Al te dikwijls staat egoïsme het vormen van een echte eenheid in de weg, volgens pater Cantalamessa. Zo spoorde hij zijn gehoor aan tot een “gewetensonderzoek”. Hij stelde voor bij het kijken naar spanningen binnen een bisschoppelijke instantie verschillende benaderingen als complementair te beschouwen om zodoende “deze polariteit om te vormen tot een gezonde samenwerking.” Als voorbeeld haalde de pauselijke predikant aan dat hij deze benadering eens in de jaren zeventig zelf had voorgesteld aan ongeveer 700 priesters en 70 bisschoppen uit Latijns Amerika die verdeeld waren langs de lijnen van Bevrijdingstheologie en Evangelisatie. In die zin moedigde hij de Amerikaanse bisschoppen aan zowel de vleugel te respecteren die de nadruk legt op het helpen van de ongelukkigen, de gevangenen en de armen als de vleugel die de “morele waarden” verdedigt zoals zaken die het leven en het gezin betreffen.
Paus Franciscus en de bisschoppen dragen de zonden van anderen
Een van de voordrachten, gehouden voor de Amerikaanse bisschoppen bijeen in Mundelein was gewijd aan het thema “Met Jezus in Gethsemane”. Sprekend over Christus’ doodsstrijd en zijn lijden en sterven voor onze zonden gaf Cantalamessa als commentaar: “Het is belangrijk omdat vanwege de pedofilieschandalen veel bisschoppen in de katholieke Kerk, te beginnen met de bisschop van Rome, juist nu precies hetzelfde [sic] ervaren als wat Jezus in Gethsemane ervaren heeft”. Het lijden aan de kant van de paus en de bisschoppen is zoals Jezus “die de zonden op zich nam die Hij zelf niet had begaan en er verantwoordelijkheid voor droeg tegenover de Vader.”
De beschouwingen lijken volkomen tegengesteld aan hoe veel katholieke leken de huidige klerikale misbruikcrisis ervaren. Voor hen gaat de crisis van 2018 grotendeels over de zonden die door de bisschoppen zelf zijn begaan die misbruikende priesters hebben beschermd en dat jaren lang hebben gedaan. Het geval McCarrick is hier slechts het topje van de ijsberg. Paus Franciscus zelf is herhaaldelijk van toedekken beschuldigd en van het voorbijgaan aan het lijden van de misbruikslachtoffers, toen hij aartsbisschop van Buenos Aires was. Als paus heeft hij misbruikende bisschoppen verdedigd of bevorderd en een streng strafvonnis over de misbruikpriester Maurizio Inzoli opgeheven.
De plichten van de bisschoppen tegenover hun schapen
Het is betreurenswaardig dat zelfs op het moment dat de predikant tenslotte specifiek sprak over de plichten van de bisschoppen zelf om hun “meest kwetsbare” schapen, “de kinderen” te beschermen tegen de wolven, pater Cantalamessa opnieuw verklaarde dat hij niet competent genoeg was de zaak van het klerikaal misbruik verder te bespreken. “Ik laat echter dit onderwerp volledig buiten mijn beschouwingen, omdat ik weet hoe ernstig het op het moment door de hiërarchie van de katholieke Kerk wordt genomen en omdat ik mijn gebrek aan competentie op dit terrein ken.” Daarom concentreert de priester zich op het spreken over het belang van de liefde en het gebed van de bisschoppen voor hun schapen al kan er een passende “berisping” van de gelovigen volgen “ter verdediging van God”. Want de bisschoppen moeten allereerst van Christus houden en dan met liefde tot hun gelovigen spreken, benadrukte pater Cantalamessa.
Nadat pater Cantalamessa zijn eigen weg beschreven had naar de acceptatie van de charismatische beweging en vervolgens zijn weg naar zijn taak als predikant van het pauselijk huis in 1980, maakte hij een verbazingwekkende opmerking over zijn tijd onder paus Benedictus – die hij beschrijft als vriendelijk en beleefd. Hij prijst het terugtreden van Benedictus XVI als een “belangwekkende stap naar het meer menselijk en democratisch maken van het pauselijk ambt” waarmee “het recht erkend werd van iedereen óp een verdiende rust en een rustige oude dag”. Hier zien we opnieuw zijn impliciete minachting voor het verleden en voor de al lang bestaande tradities van de Kerk, terwijl hij tegelijk een daad toejuicht die sterke kritiek heeft ontmoet van prominente katholieken, zoals kardinaal Walter Brandmüller en professor Roberto de Mattei.
Zo kan men concluderen dat dit 84 pagina’s lange document – dat achtereenvolgens is gepreekt aan de Amerikaanse bisschoppen in de loop van een week – uitdrukkelijk wegbleef van het bespreken van het probleem van klerikaal seksueel misbruik dat aan de basis ligt van de huidige morele crisis in de Verenigde Staten, maar ook wereldwijd, met het Vaticaan zelf op een of andere manier in het centrum van dit alles. Pater Cantalamessa leek zelfs de paus vrij te pleiten van iedere verantwoordelijkheid in de huidige situatie. Dit alles voorspelt geen erg goed resultaat van de top over het misbruik komende februari in Rome, een gebeurtenis waarover de pauselijke zegsman, Andrea Tornielli, vaag zegt dat er nu al “buitensporige mediaverwachtingen” bestaan. De Vaticaanspecialist, Sandro Magister, heeft een andere benadering wanneer hij over de komende top zegt, dat het risico ervan kan zijn dat men “Bergoglio niet ziet als de onberispelijk gids, maar hem ook ziet in de beklaagdenbank van hen die schuldig zijn geweest aan het tolereren en toedekken van misbruik”.
Vertaling: C. Mennen pr
Tweede zondag door het jaar 2019 5″/>
Write a Reply or Comment