Een onbegrijpelijke, dictatoriale ingreep
Dat het enkele dagen heeft geduurd voordat ik reageer op met motu proprio Traditionis Custodes komt omdat ik zo woedend was na het kennis nemen van dit pauselijk schrijven dat ik bang was de normen van burgerlijk fatsoen tegenover deze paus te verliezen. Met veel katholieken over heel de wereld deel ik de verbijstering na deze nieuw klap die door dit pontificaat aan de Kerk is toegebracht. Allereerst hadden we de twee gemanipuleerde gezinssynodes met als pauselijke uitkomst “Amoris Laetitia” en daarin de dubieuze opvattingen over het geweten, over alternatieve samenlevingsvormen, een ethiek van groei en gradualiteit en tenslotte de beruchte voetnoot 351 die de communie voor hertrouwd gescheidenen, volgens de uitleg van de paus zelf, tegen de hele traditie van de Kerk in mogelijk lijkt te maken. Dan zijn er de omvorming van de door Johannes Paulus opgerichte academies voor wetenschappen en het leven, die niet langer bedoeld lijken te zijn om de katholieke leer in de wereld uit te dragen maar om de wereld binnen de Kerk te halen (ontslag van katholieke wetenschappers en benoeming van bijv. voorstanders van abortus). Vervolgens de ondertekening van het Abu Dhabi document waarin met zoveel woorden staat dat God alle godsdiensten gewild heeft. Diezelfde ketterse geest spreekt uit de encycliek Fratelli tutti waarin het kindschap Gods niets meer met Christus te maken lijkt te hebben maar een louter natuurlijk gegeven lijkt te zijn in strijd met het getuigenis van de Schrift.
En nu Traditionis Custodes, een ironische naam. Immers het motu proprio is allesbehalve een “behoeder van de traditie en heeft een commentator al verleid tot een hertiteling: “Tradtiones Perditores” (vernietingers van de traditie). Overigens ook de bisschoppen, die deze titel door Franciscus krijgen toegeschreven, hebben zich niet bepaald als beschermers van de traditie gedragen. Door gebrek aan toezicht op de kerkelijke en liturgische discipline heeft het merendeel van de bisschoppen zich de laatste vijftig jaar gedragen als feitelijke “promotores ruinae” (bevorderaars van het verval). Een uitgesproken voorbeeld hiervan is bisschop Declan Lang van het bisdom Clifton in Engeland. Hij heeft in zijn bisdom opdracht gegeven speciale LGBTQ+-missen te houden voor de gay-gemeenschap, maar hij is de eerste geweest die na het jongste motu proprio maatregelen tegen de oude Mis genomen heeft. (Er is inderdaad een samenhang tussen de haat tegen de oude Mis en heterodoxe opvattingen en praktijken!!).
Het eerste wat aan het motu proprio opvalt, is de grenzeloze lompheid waarmee Franciscus een van de pastorale voorzieningen van zijn voorganger volkomen van tafel veegt. Geen kleine modificaties zoals pausen in dergelijke gevallen plachten te doen; nee radicale uitroeiing. Dit betekent tegelijk een klap in het gezicht van Benedictus terwijl deze nog leeft. Een ongehoorde grofheid die blijk geeft van weinig zielenadel!
De bedoeling van Benedictus om hen die gehecht zijn aan de oude Mis in de Kerk de ruimte geven in de hoop dat de oude en de nieuwe Mis elkaar zouden bevruchten in de “hervorming van de hervorming” is voor Franciscus een weg die radicaal moet worden afgesneden. Waarom?
Vanwege de eenheid van de Kerk, zegt van Franciscus. Dat is onzin. De eenheid van de Kerk wordt geen geweld aangedaan door het naast elkaar bestaan van twee legitieme liturgieën. Die eenheid wordt toch ook niet bedreigd door het bestaan van de Ambrosiaanse ritus, de byzantijnse of de melkitische ritus. Dat is toch de legitieme pluriformiteit van de Kerk!
Als hij werkelijk bezorgd was voor de eenheid van de Kerk, zou hij zich druk moeten maken over de leer. Op het gebied van de leer is werkelijk uniformiteit vereist. Hebben we Franciscus gehoord over de heterodoxe stellingen en praktijken op de synodale weg in Duitsland? of over de heterodoxe opvattingen van veel bisschoppen en priesters in Zuid-Amerika waardoor de katholieke Kerk leegloopt naar de Amerikaans Pinksterkerken waar nog wel over Jezus en eeuwig heil gesproken wordt en niet over politiek? Het enige geluid van de paus was de dubieuze Amazonesynode met de Pachamama-afgoderij in de Vaticaanse tuinen en in de St.-Pieter. Kun je een paus die voortdurend de katholieke eenheid op leerstellig gebied in gevaar brengt door rare synodes en dubbelzinnige uitspraken nog serieus nemen, als hij zegt dat de viering van de oude Mis de eenheid van de Kerk in gevaar brengt? Een grotere gotspe is nauwelijks denkbaar.
Hij zegt zich zorgen te maken over mensen in de kring van de oude Mis die vraagtekens zetten bij Vaticanum II. En de bisschoppen worden opgedragen deze groepen daarop te visiteren. Is Vaticanum II ineens het grote superdogma van de Kerk, terwijl het een pastoraal Concilie is genoemd en geen expliciete dogmatische uitspraken heeft gedaan? Ten aanzien van het Concilie wil ik drie opmerkingen maken.
Ten eerste hoe verder we in de tijd van het Concilie af staan, hoe kritischer men naar de teksten van het Concilie kan kijken, te meer daar die teksten vaak meer narratief dan theologisch precies zijn. Bovendien hebben de “vrolijke jaren zestig” een duidelijke invloed gehad op veel concilieteksten. In de lijn van de hele katholieke traditie zou men dan ook sommige teksten kunnen nuanceren of soms zelfs corrigeren. Dat wordt ook door serieuze, katholieke theologen gedaan.
Ten tweede kunnen we na het Concilie constateren dat er twee stromingen binnen de Kerk zijn. Een sterke stroming, met name onder de oudere theologen en universiteitsprofessoren, die vinden dat Vaticanum II een breuk met de Kerk ervoor (Soms de Constantijnse Kerk genoemd) betekent. We hebben allemaal nieuwe inzichten. Daarvoor worden bepaalde (geïsoleerde) teksten van het Concilie gebruikt. De Bevrijdingstheologie (door alle pausen veroordeeld maar door Franciscus weer van stal gehaald) is daar een treurig voorbeeld van. Even treurig is de nieuwe moraal waarin de daad op zich niet meer telt alleen de bedoeling en waarin het geweten autonoom is.. Ze kunnen zich niet op de Kerk en haar traditie beroepen maar ze beroepen zich merkwaardigerwijs wel op het Concilie of op de geest ervan. De andere stroming, gesteund door de pausen tot en met Benedictus XVI die zeggen dat je Vaticanum II moet lezen in continuïteit met de voorafgaande Concilies, met name ook Trente. En dan kom je tot een orthodoxe, zij op bepaalde onderwerpen moeizame, interpretatie van het Concilie. Franciscus lijkt niet tot deze laatste stroming te behoren, gezien het feit dat hij geen antwoorden wenst te geven op de dubia, die juist gaan over de continuïteit van de magisterium, en gezien ook het feit dat hij voortdurend scheldt op de mensen die zich op de traditie beroepen en hen uitmaakt voor halsstarrig en rigide.
Ten derde is het niet intellectueel zindelijk de nieuwe Mis zonder meer tot de wil van het Concilie te verheffen. Ja zeker, het Concilie wilde een hervorming van de liturgie maar de wensen van het Concilie waren bij lange na niet zo verregaand als de novus ordo uiteindelijk geworden is. Het Concilie wilde actieve deelname van de gelovigen; het wilde het Gregoriaans en het Latijn behouden, met kleine uitzonderingen, bijv. de lezingen in de volkstaal en nog wat kleine dingen. De rest is door Bugnini en trawanten gefabriceerd en door een gewillige Paulus VI van een handtekening voorzien. Nog nooit in de geschiedenis van de Kerk, zegt Ratzinger, in zijn boek “de Geest van de Liturgie”, is er een liturgie in laboratorium gemaakt zoals de Novus Ordo. De liturgie is onder invloed van de Heilige Geest altijd organisch gegroeid. Ook Pius V heeft na Trente bij de hervorming van het missaal geen nieuwe liturgie geschapen. Hij heeft de liturgie gezuiverd van verkeerde aanslibsels maar het bleef dezelfde liturgie van alle eeuwen. Terwijl we vanaf de vierde eeuw alleen canon 1 kenden, zijn er nu enkele bij gefabriceerd. Het gevolg is dat canon 1 in bijna geen enkele kerk nog wordt gebeden en dat canon twee op enkele kleine wijzigingen na ook door protestanten gebruikt zou kunnen worden. Geleerden hebben uitgerekend dat van het oude missaal maar 17 % van gebeden ongeschonden het nieuwe heeft gehaald. De voetgebeden en de prachtige gebeden bij de offerande zijn verdwenen en de laatste zijn ingeruild voor een soort joodse tafelgebeden. Wat Vaticanum II helemaal niet gewild heeft, is de Mis met het gezicht naar het volk en de communie op de hand. Toch is dat het feitelijke kenmerk van de nieuwe liturgie geworden, maar ook een feitelijke afwijking van een traditie die teruggaat op de Kerk van de Vaders.
Ik heb wel de indruk dat de nieuwe Mis beter de mensen gerieft die een liberale opvatting van Vaticanum II hebben en het concilie beschouwen als een totaal nieuwe start. Met de vele keuzemogelijkheden, de onduidelijkheid in rubrieken en de ingebouwde mogelijkheden tot talloze misbruiken leent zij zich tot een heterodoxe beleving van het katholieke geloof en is zij, naast het gebrek aan catechese, het zekere voertuig geworden van allerlei ketterse opvattingen bij het kerkvolk.
De oude Mis is katholieker, mystieker, vromer, meer God- dan mensgericht. De nieuwe Mis kan dat ook zijn, maar je moet er wel meer moeite voor doen en meer aansluiten bij de gewoonten van de oude Mis.
De crisis in de Kerk is in het Westen alom aanwezig. De (postconciliaire) Kerk is overal stervende. Zij heeft met haar gebrekkige, mensgerichte catechese, met haar “nabije” liturgie, haar overdreven aandacht voor maatschappelijke thema’s die wisselen met de mode van dag, haar angst voor confronterende uitspraken op moreel terrein geen geneesmiddel in handen. De jonge gezinnen verdwijnen uit de kerken. De seminaries zijn leeg.
En, o ramp voor de diehards van de postconcilaire vernieuwingsdrift: de seminaries van de behoudende signatuur, veelal met een voorliefde voor de oude Mis of een strikte en sacrale viering van de nieuwe Mis, hebben nog wel seminaristen. In Frankrijk en ook in Amerika zijn grote groepen traditionele gelovigen, gezinnen met kinderen, studenten, intellectuelen die zich aangetrokken voelen tot de traditionele, niet omdat ze verdeeldheid willen of omdat ze tegen de paus zijn, maar omdat ze daar een voedingsbron vinden voor hun katholieke geloof. Een stuk herleving en vitaliteit van de Kerk is in die kringen, in die parochies, in die kloosters te vinden.
De haat tegen de traditie die ik bij sommige leden van hiërarchie, bij theologieprofessoren en ook bij de huidige paus zie, kan ik alleen maar verklaren door aan te nemen dat ze de mislukking van hun project niet willen toegeven. Net als in de communistische dictatuur worden nu in de katholieke Kerk afwijkingen van de partijlijn, zij het met vrome woorden, genadeloos onderdrukt. De bisschoppen, de zogenaamde hoeders van de traditie, krijgen de opdracht sluipmoord te plegen op alle levende gemeenschappen en zeker ieder mogelijk nieuw leven de grond in te trappen. Zogenaamd omwille van de eenheid worden groepen die de oude Mis willen vieren, uit parochiekerken verbannen. Kloosters en religieuze gemeenschappen die voorheen onder het welwillend toezicht van “Ecclesia Dei” stonden komen nu onder de Congregatie voor de liturgie en de Congregatie voor de religieuzen. Ze kunnen zich voorbereiden op een genadeloze vervolging want iedere gelovige welwillendheid ten aanzien van de Traditie ontbreek bij beide prefecten.
Het waren in de Kerk al barre tijden maar sinds 16 juli zijn ze nog barder geworden, ………tenminste als je meent dat je moet gehoorzamen. Echter een paus die zo tegen het geestelijk belang van de Kerk in handelt, die voornamelijk de vijanden van de Kerk, binnen en buiten de Kerk, in de hand speelt, hoef je mijns inziens op dit punt niet te gehoorzamen. Dat geldt op de eerste plaats voor de bisschoppen, die zich toch meer door het heil van de zielen (salus animarum) dan door de wil van een tirannieke paus moeten laten leiden. Dat geldt ook voor de priesters die hun gelovigen niet in de steek mogen laten. Dat geldt voor de gelovigen die recht hebben op een liturgie die hun zielen voedt.
Ik eindig met een citaat van bisschop Athanasius Schneider:
“De gelovigen en de priesters hebben recht op een liturgie die een liturgie is van alle heiligen (…). Daarom heeft de Heilige Stoel niet de macht om een erfenis van de hele Kerk te onderdrukken, het is een misbruik, het zou een misbruik zijn zelfs van de kant van de bisschoppen. In dat geval kunt u de mis blijven opdragen, zelfs in deze vorm: het is een vorm van gehoorzaamheid (…), aan alle pausen die deze mis hebben opgedragen”.
C. Mennen pr
NB: Ik heb zelf nog nooit de oude Mis gecelebreerd maar ik ga nu oefenen.
Comments