Lelijkheid en ongeloof.
Waarheid en echte schoonheid hebben met elkaar te maken. Daarom ook heeft de katholieke Kerk als hoedster van de waarheid zoveel schoons voortgebracht. Ga de geschiedenis van de katholieke christelijke beschaving maar na. Overal zien we monumenten van schoonheid op het gebied van muziek en van beeldende kunst. In Rome als centrum van de katholieke wereld en de katholieke orthodoxie ontmoeten we in de Vaticaanse musea, in de kerken en op de pleinen wonderen van schoonheid, die uitdrukking zijn van de waarheid van het katholieke geloof. Denken we ook maar eens aan de gregoriaans en polyfone kerkmuziek van eeuwen.
De invloed van het katholieke geloof is al geruime tijd tanende, de waarheid omtrent God en de grote dingen die Hij aan ons doet verdwijnt en dat heeft een enorme invloed op de schoonheid in onze samenleving. De gangbare klassieke muziek kent vaak geen harmonieuze melodie meer, is vaak schril of atonaal. De beeldende kunst is veelal abstract en onherkenbaar; moderne musea zijn gevuld met de meest vreemde wrochtsels die door de incrowd als “betekenisvolle” kunst worden gezien, daarin gevolgd door mensen die in de wereld mee willen tellen. Mensen die ongedwongener in het leven staan, vinden het gewoon lelijk en onzinnig ofwel een uitdrukking van een zinloosheid waaraan men geen deel wil hebben.
Binnen die vaak goddeloze en desperate wereld zou het de taak van de Kerk en de individuele christen zijn om de waarheid van het geloof en de schoonheid van de christelijke moraal gestalte te geven in woord en geschrift, in muziek en beeldende kunst. Maar sinds de eerbied voor de wereld en de gevoeligheid voor de opvattingen van de wereld niet alleen bij de eenvoudige gelovigen maar vooral ook bij de geestelijkheid zijn toegenomen (de ramen van de Kerk naar de wereld zijn opgegooid in een onstuitbaar aggiornamento), is men terughoudender in verkondigen van de katholieke waarheid, zeker als die haaks staat op het gevoelen van de wereld. De Kerk is ook minder zelfverzekerd in haar kunstuitingen. Kijkt u maar naar de kerkelijke kunst en de kerkmuziek na Vaticanum II. De wereld en haar platheid is het heiligdom binnengedrongen niet weerhouden door een uitgedragen en doorleefde waarheid.
Eerbied voor vreemde en primitieve culturen leidt niet meer tot het doordesemen van die cultuuruitingen met de volle katholieke waarheid maar tot het ongefilterd overnemen van die uitingen in het christendom wat we onder andere zien bij Pachamama-afgoderij van paus Franciscus en zijn voortdurend spreken over “moeder aarde”, een begrip dat volledig is tegengesteld aan de christelijke waarheid. Lelijkheid en heidendom doen hun intrede!
Een nieuw hoogtepunt van lelijkheid is de kerststal op het St.-Pietersplein van dit jaar. Dat hij steunt op voorchristelijke kunstvormen, zoals de bobo’s van het Vaticaan zeggen, maakt hem niet minder lelijk. Het maakt misschien wel duidelijk dat de katholieke waarheid van het Kerstgebeuren zich niet verdraagt met de primitieve lelijkheid van de voorchristelijke kunst. Omgekeerd, een dergelijke uitbeelding van het Kerstgebeuren is niet meer in staat het wonder van Gods menswording uit te drukken.
De kerststal van dit jaar is heel duidelijk een getuige van de diepe crisis waarin de Kerk en het geloof zich bevinden, niet alleen aan de basis, maar ook aan de top
C. Mennen pr
14 december H. Johannes van het Kruis
Comments